Yamata fy2300 manual




















Laat hierbij ter voorbereiding van de naaimachine voor de volgende toepassing voldoende lange gareneinden uitsteken. Stop de naaimachine en beweeg het handwiel 18 naar u toe zodat de naald in de stof daalt. Til de naaivoet met de naaivoethefboom 23 omhoog en draai de stof in de gewenste richting, doordat u de naald als draaipunt gebruikt. Laat de naaivoet zakken en ga door met het naaien. Gebruik van de markeringen op de steekplaat De markeringen op de steekplaat zijn van groot nut om de afstand van de naad t.

Bij het naaien van een rechterhoek dient u erop te letten dat er ten opzichte van de stofrand een afstand van 1,6 cm wordt aangehouden. Zet de naaimachine stop wanneer de stofrand zich op dezelfde hoogte bevindt als de hoekmarkering op de steekplaat Til de naaivoet met de naaivoethefboom 23 omhoog en draai de stof zo lang in de gewenste richting totdat zijn rand met de steekplaatmarkering 1,6 cm afsluit.

Zigzag-steek Gebruik de volgende instellingen: l Steekpatroon-draaischakelaar: 3, 4 of 5 l Steeklengte: l Naaivoet: zigzag-voet l Garenspanning-draaischakelaar: De eenvoudige zigzag-steek wordt veelvuldig voor het omzomen, maken van knoopsgaten en voor het innaaien van elastieke bandjes.

Daardoor wordt het uitrafelen van de stof voorkomen. Drievoudige zigzag-steek Gebruik de volgende instellingen: l Steekpatroon-draaischakelaar: 6 l Steeklengte: l Naaivoet: zigzag-voet l Garenspanning-draaischakelaar: Deze steek is geschikt voor het naaien van synthetische stoffen en andere materialen die snel plooien vormen.

Hij is ook geschikt als rolsteek om het uitrafelen van stoffen te voorkomen. Hij kan ook voor het innaaien van elastiek en voor herstelwerkzaamheden worden gebruikt. Laat een 1,5 cm brede zoom staan, deze naadtoevoeging wordt na het naaien afgesneden. Deze steeksoort is met name geschikt voor geernaden. Speld de stof met knopspelden af voordat u kledingsstukken naait. Leg de knop op de gewenste plaats op de stof.

Richt beide knoopsgaten langs de opening in de naaivoet zie afbeelding en leg het linker knoopsgat vlak onder de punt van de naald. Laat de naaivoet zakken. Test met het handwiel 18 of de steeklengte zo ingesteld is dat de knoopsgaten exact worden geraakt. Verander evt. Door een op de naaivoet gelegde naainaald wordt er bij het naaien een verbinding gevormd, die het latere ontwikkelen met garen aan de onderzijde van de knoop vergemakkelijkt.

Naai ongeveer vijf steken en beweeg de naald omhoog. Laat een ongeveer 20 cm lang draadeinde over wanneer u een vastere knoophals wenst.

Rijg de bovendraad door een knoopsgat naar beneden en wikkel de draad meerdere keren om de draad die de knoop met het textiel verbindt, om zo een knoophals te maken.

Trek de draad naar de onderkant van de stof en knoop deze vast. Opmerking: Beweeg de transporteur na het aannaaien van de knoop weer omhoog. Aannaaien van knopen knoopaannaaivoet Gebruik de volgende instellingen: l Steekpatroon-draaischakelaar:4, 5 l Naaivoet: knoopaannaaivoet l Steeklengte: 0 Met de knoopaannaaivoet kunt u knopen aannaaien tot en met een gemiddelde grootte.

Hierbij wordt een zigzagsteek gebruikt. Hierbij komt de zigzagbreedte overeen met de afstand tussen de gaten van de knoop. Monteer de knoopaannaaivoet, zie Paragraaf Vervangen van de naaivoet, Pagina Markeer met kleermakerskrijt exact de positie van de knoop op de stof. Leg de knoop op de markering en klem hem vast door de knoopaannaaivoet te laten zakken. Test voordat u gaat naaien met het handwiel 18 of de naaldaanslag zodanig ingesteld is dat de naald precies door de gaten van de knoop valt.

Indien dit niet het geval is, wijzigt u de instelling van de steekregelknop 2. Voer de eerste steken uit met het handwiel, om beschadigingen aan de naald te voorkomen.

Naai op lage snelheid steken per gat. Snijd de draden op ca. Knoop met steel aannaaien Bij zware materialen is vaak een knoopsteel nodig. Hiervoor legt u voor het naaien een naald of een lucifer op de knoop, voordat u deze vastklemt door de persvoet omlaag te brengen. Naai de knoop aan zoals boven staat beschreven. Laat de bovendraad iets langer, als u het werkstuk uit de machine haalt.

Rijg de bovendraad nu door een gat van de knoop en wikkel hem om de steekdraden, zodat er een knoopsteel ontstaat. Knoop vervolgens de boven- en onderdraden aan de achterkant aan elkaar vast.

Zet de steeklengte-draaischakelaar 3 op 0 wanneer u dichtere steken wenst. Satijnsteek is geschikt voor het aanbrengen van knoopsgaten op dunne stoffen. Zet de steeklengte-draaischakelaar 3 op 1 wanneer u minder dichte steken wenst.

Minder dichte steken zijn geschikt voor het aanbrengen van knoopsgaten op dikke stoffen. Opmerking: Probeer het naaien van een knoopsgat op een klein stuk stof uit om een optimaal resultaat te behalen. Markeer de positie van het knoopsgat op de stof.

Trek de slede van de knoopsgatvoet A naar voren en breng de markering op de knoopsgatvoet C met de markering op de stof B in overeenstemming. Opmerking: De eenheid van de markeringen op de slede is centimeter. Zet de steekpatroon-draaischakelaar 2 op.

Naai zo lang voorwaarts totdat u de voorste knoopsgatmarkering bereikt. Zet vervolgens de naaimachine stop. De naald moet hierbij links bovenaan zijn. Naai vier tot zes steken voordat u de naaimachine weer stopzet.

De naald moet hierbij rechts bovenaan zijn. Naai zo lang achterwaarts totdat u de achterste knoopsgatmarkering bereikt. Neem de stof eruit wanneer het knoopsgat kant-en-klaar genaaid is.

Steek een naald voor de achterste knoopsgatvergrendeling zodat u hem bij het uitsnijden van het knoopsgat niet per ongeluk doorknipt. Snijd het knoopsgat vervolgens met een mes zorgvuldig open. Innaaien van een ritssluiting Gebruik de volgende instellingen: l Steekpatroon-draaischakelaar:1 l Steeklengte: 1, l Naaivoet: ritssluitingvoet l Garenspanning-draaischakelaar: De ritssluitingvoet kan in twee verschillende posities aan de voethouder worden bevestigd.

Mogelijk zijn een linker en een rechter positie. Deze zijn door de middenverbinding van de ritssluitingvoet aangeduid. Monteer de ritssluitingvoet eerst in de linker positie, zie Pagina In deze positie steekt de naald door het linker naaldgat van het voetje.

Leg de ritssluiting op de stof of bevestig deze met knopspelden. Plaats het te naaien textiel zo onder de naaivoet dat de naald de ritssluiting aan de rechterkant passeert. Leg de draad naar achteren en laat de naaivoet zakken. Naai de rechterkant van de ritssluiting zo dicht mogelijk aan de tanden vast.

Naai de stof tegelijkertijd dicht aan de ritssluiting vast. Voordat de naaivoet de schuif van de ritssluiting bereikt, tilt u de naaivoet omhoog en opent de ritssluiting! Om de linkerkant vast te naaien, monteert u nu de ritssluitingvoet in de rechter positie. Naai deze kant op dezelfde manier vast als de rechterkant. Blinde steek geleidingsrail Gebruik de volgende instellingen: l Steekpatroon-draaischakelaar: l Steeklengte: l Naaivoet: zigzag-voet, met geleidingsrail l Garenspanning-draaischakelaar: 1.

Vouw de stof, zoals in de afbeelding aangegeven is. A achterkant van de stof, B 0,4 - 0,7 cm 2. Laat de naaivoet zakken, draai de vastzetschroef van de naaivoet los en veranker het geleidingsrail tussen de schroef en het patroon van de naaivoet. Draai de schroef weer vast en overtuigt u er zich van dat het geleidingsrail vast in het midden van de naaivoet zit.

Beweeg de naaivoet omhoog, leg de stof onder de naaivoet en richt de plooi van de stof langs het geleidingsrail uit. Laat de naaivoet zakken en naai langzaam om een betere controle te bewaren. Met de linker insteek van de naal bij de zigzag-steek wordt de plooi dicht langs de kant genaaid.

Let erop dat de plooi bij het naaien altijd langs het geleidingsrail loopt. Nadat de rechter bovenste stoflaag werd gestreken, zijn de insteken nauwelijks nog te zien. Naaien van blindsteek zomen blindsteekvoet Gebruik de volgende instellingen: l Steekpatroon-draaischakelaar: 7 l Naaivoet: blindsteekvoet l Steeklengte: l Garenspanning-draaischakelaar: 1.

Monteer de blindsteekvoet, zie Paragraaf Vervangen van de naaivoet, Pagina Vouw de stof op de gewenste stofbreedte zoals getoond op de afbeelding. Rechts moet bij het terugvouwen van de zoom een rand van ca. Leg de zoom zodanig onder de blindsteekvoet dat de geleiding van de voet langs de rand van de gevouwen zoom loopt.

Stel met de schroef de geleiding op de blindsteekvoet zodanig af dat de naald bij de grootste oversteek uitsluitend de rand van de zoom raakt. Aan de andere kant van de zoom dient uitsluitend een punt van de draad te zien te zijn.

Neem de stof uit de machine en strijk hem glad. De uitgevouwen stof vertoont een blindsteekzoom. Gebruik de rolzoomvoet, zie Paragraaf Vervangen van de naaivoet, Pagina Sla de om te zomen stofkant ca. Naai ca. Stop vervolgens en zet de naald omhoog. Trek nu de stofkant in de rolinrichting van de rolzoomvoet en begin langzaam met het zomen. The users were asked the following question : Is the FY highly efficient? The users were asked the following question : Is the FY reliable, sturdy?

Value for money. The users were asked the following question : Is the FY good value for money? Brand or manufacturer:. More Spool Pins. More Cotton Pins. More Gears. Download Instructions. The Even Feed Foot also well known as a Walking Foot has its own set of feed dogs that work in conjunction with the machines feeding system to improve the flow of the fabric More.

The Flower Stitch Attachment is used to create unique flower-inspired circular designs More. The Ruffler is used to create perfectly spaced pleats and gathers More. As the zipper coils are guided through the tunnel system, the needle sews as close the coils as possible More. This is the best sewing foot for inserting zippers, snap tape, and more. The toe of the foot is narrow More. Laat de garenrolhouders 6 in de behuizing zakken, voordat u de naaimachine opbergt.

A Bovendraad B Opening in de garenrolhouderhalter C Knoop Opmerking: Indien de gebruikte draad veelvuldig rond de garenrolhouder wordt gewikkeld of wordt geknoopt, kunt u de draad door de opening in de garenrolhouder B steken zie afbeelding boven. Hierbij wijst de opening in richting van de garenrol. Trek de stekker uit het stopcontact.

Maak de klep aan de vrije arm A open. Pak de spoelkapselgrendel B vast en trek de spoelkapsel uit de behuizing. Overtuigt u er zich bij het opnieuw aanbrengen ervan dat de spoelkapselvinger C vast in de uitsparing boven in de behuizing vergrendelt. Trek het handwiel 18 naar buiten om het contact te onderbreken. De naald wordt nu niet meer bewogen wanneer u aan het handwiel draait.

Beweeg de draad van de garenrol door de opspoel-spanningschijf 7. Druk de spoel naar rechts tegen de spoelgrijper 4 aan. Houd het gareneinde vast en druk licht op het voetpedaal.

Stop nadat de draad enkele keren rond de spoel gewikkeld is. Snijd het uitstekende draadeinde vlak aan de spoel af. Druk opnieuw op het voetpedaal en spoel het garen zolang op totdat de spoel vol is. De machine stopt automatisch. Druk nu de spoeldragerarm 5 naar links en snijd de draad door. Schuif het handwiel 18 naar binnen in de uitgangspositie om het contact te herstellen. Neem de spoelkapsel eruit, zie Pagina Plaats de spoel in de spoelkapsel.

Zorg er hierbij voor dat de draad in richting van de pijl loopt met de klok mee. Trek het gareneinde in de groef van de spoelkapsel. Trek vervolgens de draad door de spoelspanveer naar de uittrede-opening.

Laat ongeveer 10 cm garen uit de spoel naar buiten hangen. Breng de spoelkapsel weer aan. Til de naaivoet met de naaivoethefboom 23 omhoog en beweeg het handwiel 18 naar u toe om de scharnierdraadhefboom 9 in de hoogste positie te brengen.

Plaats een garenrol op de garenrolhouder 6; zie afbeelding. Voer de draad van de achterkant van de garenrol naar buiten. De nummering in de afbeelding komt overeen met de volgende arbeidsstappen: 1. Steek de draad door de garenvoorspanner 8. Trek de draad van rechts rond de garenspanningsschijf naar boven. Trek de draad strak aan en steek deze van rechts door de opening van de scharnierdraadhefboom 9.

Steek de draad naar beneden en door de garenhaak Steek de draad weer naar beneden en door de volgende garengeleidingshaak. Rijg de draad van voren naar achteren door de naald.

Opmerking: De draadgeleiding wordt door getallen op de machine verduidelijkt. Til de naaivoet met behulp van de naaivoethefboom 23 omhoog en houd het einde van de bovendraad losjes in uw linker hand.

Beweeg het handwiel 18 zolang naar u toe totdat de scharnierdraadhefboom 9 zich in zijn hoogste positie bevindt. De naald moet ervoor naar beneden zijn bewogen. Trek aan de bovendraad om de onderdraad omhoog te halen. Trek beide draden ongeveer 5 cm uit en steek beide draden onder de naaivoet door naar achteren. Kies met de draadspannings-draaischakelaar 10 de geschikte spanning uit voor de draadspanningsschijf.

A Nieuw ingestelde waarde Hoe lager de getalswaarde is, des te lager is de bovendraadspanning. Hoe hoger de getalswaarde is, des te hoger is de bovendraadspanning. Bovendraadspanning bij zigzag-steek: Om goede resultaten bij het naaien met zigzagsteken te realiseren, dient de bovendraadspanning lager te zijn dan bij het naaien met rechte steek. De bovendraad dient aan de achterkant van het te naaien product te zien te zijn.

Beweeg de naald uit de stof. Kies met de draaischakelaar 2 het gewenste steekpatroon. Voor de elastische steken onderste rij kiest u met de steekpatroon-draaischakelaar 2 het gewenste getal. Met de steeklengte-draaischakelaar 3; zie onder stelt u met de stand de onderste steekpatroonrij in. Met de symbolen A worden knoopgaten genaaid, zie Pagina Steeklengte-draaischakelaar Afhankelijk van de gekozen steek kan het gebeuren dat u voor een optimaal resultaat de steeklengte moet veranderen.

Stel de gewenste steeklengte met de steeklengte-draaischakelaar 3 in. Hoe hoger het getal, des te langer is de steek. De instelling tussen 0 en 1 is geschikt voor het naaien van knoopsgaten. Het bereik tussen 0,5 tot 4 is geschikt voor zigzag-steken.

Voor het naaien met elastische steek wordt de instelling gekozen. Opmerking: De lengte van de steek verandert bij een instelling van de draaischakelaar tussen 0 en 1 zonder overgang en dient dienovereenkomstig te worden ingesteld. Achterwaartsknop 1. Druk de achterwaartsknop omlaag om uitsluitend achterwaarts te naaien. Laat de transporteur zakken doordat u de transporteurhefboom B omlaag drukt en in de in de afbeelding door de pijl aangegeven richting beweegt. Til de transporteur op, doordat u de transporteurhefboom B omlaag drukt en in de in de afbeelding door de pijl aangegeven richting beweegt.

Opmerking: Bij alle normale naaiwerkzaamheden dient de transporteur omhooggetild te zijn. Stel de draaischakelaar naaivoetdruk 12 op stand 2, wanneer u applicaties en borduursels aanbrengt of netweefsels naait. Zet de draaischakelaar 12 op stand 3 wanneer u chiffon, kantweefsel, garen en andere fijne gemengde weefsels verwerkt. Zet de draaischakelaar 12 op stand 1 wanneer u katoenflanel en stretchweefsels naait.

Beweeg het handwiel 18 naar u toe zodat de naald in de stof daalt. Laat de naaivoet zakken en zorg ervoor dat de draad naar achteren werd gelegd. Druk op het voetpedaal. De stof wordt door de transporteur automatisch langs de steekplaatmarkering naar achteren getransporteerd. Bedien de achterwaartsknop 1 en naai enkele steken in achterwaartse richting om het draadeinde te bevestigen.

Naai verder voorwaarts tot het einde van de naald bereikt is. Til de naaivoet op en trek deze uit de stof, steek hierbij de boven- en onderdraad naar achteren. Knip de beide draden met de schaar af. Laat hierbij ter voorbereiding van de naaimachine voor de volgende toepassing voldoende lange gareneinden uitsteken. Stop de naaimachine en beweeg het handwiel 18 naar u toe zodat de naald in de stof daalt.

Til de naaivoet met de naaivoethefboom 23 omhoog en draai de stof in de gewenste richting, doordat u de naald als draaipunt gebruikt. Laat de naaivoet zakken en ga door met het naaien. Gebruik van de markeringen op de steekplaat De markeringen op de steekplaat zijn van groot nut om de afstand van de naad t.

Bij het naaien van een rechterhoek dient u erop te letten dat er ten opzichte van de stofrand een afstand van 1,6 cm wordt aangehouden. Zet de naaimachine stop wanneer de stofrand zich op dezelfde hoogte bevindt als de hoekmarkering op de steekplaat Til de naaivoet met de naaivoethefboom 23 omhoog en draai de stof zo lang in de gewenste richting totdat zijn rand met de steekplaatmarkering 1,6 cm afsluit.

Zigzag-steek Gebruik de volgende instellingen: l Steekpatroon-draaischakelaar: 3, 4 of 5 l Steeklengte: l Naaivoet: zigzag-voet l Garenspanning-draaischakelaar: De eenvoudige zigzag-steek wordt veelvuldig voor het omzomen, maken van knoopsgaten en voor het innaaien van elastieke bandjes.

Daardoor wordt het uitrafelen van de stof voorkomen. Drievoudige zigzag-steek Gebruik de volgende instellingen: l Steekpatroon-draaischakelaar: 6 l Steeklengte: l Naaivoet: zigzag-voet l Garenspanning-draaischakelaar: Deze steek is geschikt voor het naaien van synthetische stoffen en andere materialen die snel plooien vormen.

Hij is ook geschikt als rolsteek om het uitrafelen van stoffen te voorkomen. Hij kan ook voor het innaaien van elastiek en voor herstelwerkzaamheden worden gebruikt. Laat een 1,5 cm brede zoom staan, deze naadtoevoeging wordt na het naaien afgesneden. Deze steeksoort is met name geschikt voor geernaden. Speld de stof met knopspelden af voordat u kledingsstukken naait. Leg de knop op de gewenste plaats op de stof.

Richt beide knoopsgaten langs de opening in de naaivoet zie afbeelding en leg het linker knoopsgat vlak onder de punt van de naald. Laat de naaivoet zakken. Test met het handwiel 18 of de steeklengte zo ingesteld is dat de knoopsgaten exact worden geraakt. Verander evt.

Door een op de naaivoet gelegde naainaald wordt er bij het naaien een verbinding gevormd, die het latere ontwikkelen met garen aan de onderzijde van de knoop vergemakkelijkt. Naai ongeveer vijf steken en beweeg de naald omhoog. Laat een ongeveer 20 cm lang draadeinde over wanneer u een vastere knoophals wenst. Rijg de bovendraad door een knoopsgat naar beneden en wikkel de draad meerdere keren om de draad die de knoop met het textiel verbindt, om zo een knoophals te maken.

Trek de draad naar de onderkant van de stof en knoop deze vast. Opmerking: Beweeg de transporteur na het aannaaien van de knoop weer omhoog. Aannaaien van knopen knoopaannaaivoet Gebruik de volgende instellingen: l Steekpatroon-draaischakelaar:4, 5 l Naaivoet: knoopaannaaivoet l Steeklengte: 0 Met de knoopaannaaivoet kunt u knopen aannaaien tot en met een gemiddelde grootte.

Hierbij wordt een zigzagsteek gebruikt. Hierbij komt de zigzagbreedte overeen met de afstand tussen de gaten van de knoop. Monteer de knoopaannaaivoet, zie Paragraaf Vervangen van de naaivoet, Pagina Markeer met kleermakerskrijt exact de positie van de knoop op de stof.



0コメント

  • 1000 / 1000